Liefde en balans

Innerlijke wijsheid is in staat om een vlam als een fakkel over te dragen aan je naaste, zodat eeuwig leven als een lichtende cirkel om jou straalt en de ander in liefde 'verlicht'.



Liefde in balans


Soms zie je iemand jaren niet en toch is het goed
soms zie je iemand iedere dag
en toch ken je hem niet.
Soms zie je iemand eeuwen niet
en zie je hem dan een dag weer
dan lijkt het of het gisteren was

aan vandaag komt nooit een eind.



Albert Veenendaal


Albert is pas twintig jaar en een wijs mens die helaas nog lang, misschien te lang moet wachten tot zijn leeftijd de wijsheid die hij uitspreekt, acceptabel maakt. Dit ken ik o zo goed. Vooral die woorden: 'moet je die snotneus eens horen.' Maar goed. De brief die hij me stuurde, begon heel gewoon met: 'hallo, hoe gaat het met je, ik hoop heel goed.' Vervolgens een relaas over gewone dagelijkse dingen en ineens zonder enige aanleiding, stapt hij over op het volgende. 'Ik vind het vaak zo moeilijk om bij de realiteit te blijven. Ik droom zo gauw weg en moet er dan hard voor vechten om die bij te houden. Ik loop in een weide, niet zomaar een weide, maar eentje met geurige wilde planten, onkruid en bloemen. Ik voel me behaaglijk, waarom weet ik niet, maar ik voel me zo. Het is najaar. De zon staat allang zo hoog niet meer aan de hemel. De lucht is wat vochtig en de planten verspreiden een ietwat melancholieke doch aangename geur. Als ik naar 't leven kijk dat zich rondom mijn voeten afspeelt, moet ik er even bij hurken om me wat meer betrokken te voelen bij dat leven. Ik zie een paar druppels dauw op een groot blad liggen. Die dauwdruppels fascineren me zo dat ik me erop concentreer. Iedere druppel heeft eigen kleuren, allemaal dezelfde, maar in andere verhoudingen. Ik zie een dauwdruppel als een verkondiging van het altijd aanwezige levenswater, de innerlijke kracht of stroom die de mens als drijfveer dient. De drijfveer die de mens verder laat gaan dan waar hijzelf dacht te moeten stoppen of dacht niet meer verder te kunnen: als levenssap dat in feite ieder mens in leven houdt. De oceaan in mij is onmetelijk groot, toch kent zijzelf iedere druppel. Want wat nu één is, was als een ontelbare schare, verspreid over de aarde, niet wetend wat waar te zoeken, niet wetend dat zij toebehoorde aan die grote oceaan waar allen één zijn. Zo is het met ieder mens dat niet weet welk plan er in hem schuilt. Eens zal hij 't weten. Ik sta op, kijk naar de lucht. De zon kijkt mij aan. Daardoor verschijnt er een glimlach op mijn gezicht, mijn ogen tintelen van levenskracht. Ik loop verder, de zon tegemoet. Dag André, tot ziens, een knuffel aan Zenia. De groeten van Albert.'




Het paranormale kind


Mijn zoontje is zeven jaar en slaapt erg slecht. Enkele maanden geleden had ik behoorlijke hoofdpijn die niet direct weg wilde. Mijn zoontje kwam naar mij toe en zei dat hij dat wel kon weghalen. Hij begon over mijn hoofd te wrijven en mijn hoofdpijn was inderdaad weg. Toen ik hem vroeg hoe hij wist dat hij dit kon, zei hij dat hij het in zijn handen voelde. Wij hebben het op een voorzichtige manier uitgeprobeerd en hij wist precies te zeggen, wanneer hulp wel of niet nodig was. Hij is er trouwens zelf heel spontaan mee gekomen zonder dat hij ergens voorkennis opgedaan zou kunnen hebben. Een bevriende arts van mijn man was op de hoogte van zijn slaapproblemen en van zijn bewering mensen te kunnen genezen. Hij heeft ons het adres van een magnetiseur gegeven en wij zijn daar naar toe gegaan. Deze magnetiseur, een vrouw, vertelde ons dat ons zoontje heel bijzondere gaven had en zelfs nu al mensen zou kunnen genezen. Zij heeft geprobeerd hem af te sluiten, omdat dat beter voor hem zou zijn. Ik weet niet of dat is gelukt. Zij heeft ons veel over ons zoontje verteld en ik zie geen reden om aan haar woorden te twijfelen. Toch zouden wij graag een tweede mening hierover horen, omdat wij eigenlijk niet goed weten wat wij ermee aan moeten. (J.v.D. uit H.)

Als kind had ikzelf de onbedwingbare behoefte om een persoon die ziek was, aan te willen raken, al was het maar heel even. Het uitte zich het sterkst in de richting van de patiënt zijn of haar voorhoofd. Ik had die neiging overal waar ik kwam en waar iemand ziek was. Ik leerde al vrij snel daar heel geraffineerd mee om te gaan door ervoor te zorgen even met de patiënt alleen te zijn en dan, onder het mom van snel beter worden of andere woorden van die strekking, toch even mijn hand op de eerder genoemde plaats te leggen. Er was nooit iemand die het vreemd vond. Er werd helemaal niet op gelet, laat staan dat iemand mij in die periode verteld heeft dat dat iets te maken had met paranormaal genezen. Mijn advies aan jullie is dan ook: laat het kind gewoon zijn gang gaan. Laat het spelen wanneer het moet spelen, laat het huilen wanneer het moet huilen en laat het iemand aanraken wanneer het daar behoefte aan heeft. Loop vooral niet allerlei adressen met hem af, want dan wordt zijn eigen territorium, oftewel het gezin, een onveilige plaats. Laat hem gewoon zijn gang gaan. Als hij erover wil praten of erover wil vertellen, heb dan een welwillend oor. Maar laat hem niet een halfslachtig bestaan leiden van aan de ene kant een soort fenomeen, en aan de andere kant een van een gewoon kind. Blijf zelf de vertrouwenspersoon voor je kind en bied hem daarmee een stuk zekerheid wat je in een normaal gezin mag verwachten. Wonderkinderen worden niet geboren, maar gemaakt. Ik denk, en dat is mijn eigen ervaring ook, dat het ontdekken van je eigen mogelijkheden zonder toevoegingen van buitenaf, het spannendste is dat het leven je te bieden heeft. Mijn ervaring is dat kinderen, die zo behandeld worden als nu bij jullie dreigt, zeer geïsoleerd en eenzaam worden, ofwel: the wise guy die nog moet groeien in de wijsheid die hij bij de geboorte heeft meegekregen maar door mensen in de omgeving op een onnatuurlijke manier in een versneld proces wordt gedwongen. Ik refereer nogmaals aan het eerste deel van mijn antwoord. Dat was toentertijd mijn geheim en daar ben ik nog altijd meer van gegroeid dan van wat dan ook dat andere mensen mij hebben meegegeven.

Bedelaars


Ik droomde een maand geleden dat ik achterna werd gezeten door bedelaars. Het landschap en de omgeving zagen er middeleeuws uit. Ik probeerde van de bedelaars af te komen, maar dat lukte niet. Opeens zag ik een tempeltje staan waarin een soort priester-kluizenaar woonde. Hij zei dat de bedelaars niet op dat tempeltje konden komen en ik klom er snel bovenop. De bedelaars hadden inmiddels gezien waar we waren en kwamen naderbij. Ze konden dan wel niet op het tempeltje komen, maar ze liepen er wel omheen en grepen met hun armen naar mij. De kluizenaar deed een soort tentzeil over het tempeltje zodat we de bedelaars niet meer zagen. Ze bleven zo vreselijk kermen en roepen dat ik er niet goed van werd. Opeens werd het tempeltje een kasteel en we renden de trap op naar boven. Vandaaruit had je uitzicht, vanuit ramen en een balkon met kantelen, op een mooi en heuvelachtig landschap. Beneden stonden de bedelaars te kijken. Ze waren kwaad en riepen van alles: 'jullie asociale lui, geef alles aan ons etc.' We dachten: wij kunnen er ook niets aan doen dat wij in een kasteel wonen en als we naar buiten lopen om de bedelaars wat te geven zullen ze met zijn allen toestromen, vechten om het geld en ons in stukken scheuren. De bedelaars riepen nog iets van: 'Wij geven niets om geld, maar de kasteelheer moet zijn arbeiders rechtvaardig behandelen.' De man naast me zei: 'Nou, dan hebben jullie toch niets te klagen?' Toen waren de bedelaars even stil. Op een gegeven moment waren ze toch binnengekomen. Ik rende, samen met een onbekende, van kamer naar kamer. Ze zaten ons op de hielen. Ik kon alleen ontsnappen door geheime luiken, dubbele wanden enz. En toch vonden ze me steeds. Ik kwam op een badkamertje met een schuifdeur. Ik wilde hem dichtschuiven, maar aan de andere kant hadden ze hem te pakken. Nu ging het erom wie het hardst trok. Achter mij stond mijn zusje die me wilde helpen, maar ik zei dat dat me alleen maar af zou leiden. Ik trok heel hard en het lukte me bijna de deur dicht te krijgen, maar opeens was alles afgelopen. De achtervolgers bleken best aardig en op een scorebord werden punten gegeven aan degenen die het hardst gelopen, getrokken enz. hadden. (Suzan van 't H. uit A.)

Sommige dromen of visioenen kunnen beelden weergeven uit vorige incarnaties maar tegelijkertijd een boodschap voor het heden hebben. Om daar bij jou maar mee te beginnen; het lijkt wel of jouw droom aangeeft dat je het gevoel hebt alles te moeten. Het gaat niet altijd even zachtjes, Suzan. Soms is het op vragende toon, maar soms ook op eisende toon. Gemakkelijk ben je niet, geef dat nu maar toe. Het gaat soms zo van de hak op de tak met jou en zo chaotisch dat je er zelf wel eens draaierig van moet worden. En daarom is het maar goed dat ze je af en toe een beetje in banen leiden, want anders kwam er niets van terecht en kom je zeker niet op de bestemming waar je, toen je werd geboren, voor gekozen hebt. Het laatste deel van je droom geeft voornamelijk de situatie van het studeren aan. Je voelt het haast als een dwang. Maar uiteindelijk, als je diploma er eenmaal ligt met goede cijfers, blijken die mensen veel aardiger te zijn dan je altijd dacht, omdat je ze dan met andere ogen ziet. Niet meer met ik-moet-studeren-ogen, maar gewoon als: het zijn ook maar mensen en zij hebben hun best ook voor mij gedaan. Zo te zien aan je droom gaat het met veel duwen, rennen enz. gepaard. Maar je haalt het allemaal. Verder is het heel duidelijk dat er een sociaal beroep uitkomt, een beroep dat met leed en verdriet van mensen te maken heeft. Je zult er niet zoals in je droom voor weglopen, maar juist het tegenovergestelde doen namelijk een helpende hand bieden. De mondaine kasteeivrouwe uit de middeleeuwen die minachting heeft voor de bedelaars, wordt omgetoverd tot helpster van verdrukten en onderdrukten in deze samenleving.

Twee manen


Ik ben in een huis en kijk uit het raam. Ik zie in de klaarlichte en blauwe hemel twee manen naar elkaar toe bewegen. Aan de overkant van de straat zie ik een vriend staan en ik wijs hem de twee manen aan. De manen bewegen nu sneller, ontmoeten elkaar, maar botsen niet. Ze gaan dwars door elkaar heen als twee spoken, waarna de maan die naar links beweegt in een planeet 'aarde' verandert. Deze is zo helder dat ik de continenten Zuid-Amerika (mijn geboorteland) en Afrika kan zien langskomen. Deze aarde draait in tegenovergestelde richting als in werkelijkheid. Ik vind het een prachtig gezicht. De andere maan (die naar rechts beweegt) verandert in een andere planeet, bedekt met bewolking en rook. Ik zie aan de bovenkant van deze planeet een ontploffing waar veel rook uitkomt. Ik krijg het idee dat er een atoombom is gevallen. Ineens bevind ik me in een auto of bus in dezelfde straat, alleen nu staan er palmbomen die snel heen en weer bewegen door een zeer harde wind. Mijn vriendin zit voor me. We kijken elkaar aan en vertellen hoeveel we van elkaar houden. Ik kus haar. We weten dat we snel dood zullen zijn, maar ik ben blij dat we bij elkaar zijn. (Esteban M. uit A.)

Jouw droom heeft voor mij toch duidelijk met de liefde te maken en niet met een wereldgebeuren. De maan staat namelijk voor het intuitieve, het hogere ik. Denk maar eens aan de maanziekte met volle maan oftewel de luna tic. Met volle maan doen mensen dingen altijd anders dan dat zij normaal doen. Je ziet twee manen die naar elkaar toe bewegen als twee mensen die bij elkaar willen zijn. Uiteindelijk ontmoeten ze elkaar. Ze gaan door elkaar heen en zijn daarna weer los van elkaar. De planeet die jou symboliseert, is de planeet waar je geboortestreek zich op bevindt. Deze blijft helder en onaangetast. De andere planeet wordt donker en je ziet een ontploffing. Je denkt dat er een atoombom is gevallen. Voordat je je vriendin ziet, is er een orkaan en je denkt dat jullie gauw dood zullen zijn. De andere planeet is je vriendin. De storm wijst erop dat de liefde hevig zal zijn. Je gevoel van doodgaan wijst erop dat jezelf bang bent dat de liefde niet lang zal duren. Je wantrouwt de liefde. Dat bewijst ook de atoomontploffing. Je bent bang dat er klappen zullen vallen. Uiteindelijk word je wakker en je ziet dat er niets aan de hand is. Houd je daar in je dagelijkse leven ook aan. Het leven is niet eeuwig en de liefde is niet eeuwig. Maak er nu wat van.

Hoe voed ik mijn kind niet op


Mijn zoontje Mark, geboren 20 november 1978, is 's nachts nog steeds niet zindelijk. Is hier sprake van niet verwerkte emoties of is dit iets uit een vorig leven? Lichamelijk is nooit iets bij hem gevonden. Een magnetiseur, die ik hierover heb geraadpleegd, kan me niet verder helpen. Er bestaat een school voor paranormale kinderen, maar die is alleen maar voor rijken en niet voor bijstandstrekkers. Dat vind ik ontzettend jammer. Mark is namelijk paranormaal begaafd. Op zijn school wordt dit helaas de kop ingedrukt of het wordt terzijde geschoven en als fantasie betiteld. Maar goed, mijn eigenlijke vraag is: hoe krijg ik Mark zindelijk en hoe overtuig ik de leerkrachten op school dat Mark paranormaal begaafd is? (Mw. A.H. uit O.)

Misschien wordt u wel een beetje kwaad, maar ik moet hard tegen u zijn. Wat u allemaal bij elkaar schrijft, vind ik de grootste onzin en is gevaarlijk voor uw kind. Ik begrijp best dat hij nog steeds in bed plast met al die onderdrukte agressie in hem. Een lieve, aardige jongen, ja, maar geef je hem ook de kans om een kind te zijn, een echt kind? Nee! Je loopt om hem heen te cirkelen alsof hij Jezus is. Denk je dan ook niet dat zijn onderbewustzijn jou als kleine straf iedere dag zijn bed laat verschonen? Ik denk het wel. Ik heb dit soort dingen vaker in mijn praktijk meegemaakt en zodra het betreffende kind dan eens ergens anders slaapt of logeert, is er niets aan de hand. Uw zoontje is een angstplasser. Het veilige territorium dat hij nodig heeft en dat er in ieder gezin voor een kind zou moeten zijn, is bij u totaal zoek. Uw twijfels, onzekerheden en aanbidding maken hem angstig en gespannen. Wie durft er dan 's nachts nog het bed uit in het donker om de w.c. te zoeken? U bent zelf net zo bang. Trek hier niet de verkeerde conclusies uit, maar leer ervan. Laat hem zo snel mogelijk die onderdrukte woede over het niet normaal kunnen functioneren uitleven met judo, karate of iets dergelijks en houd op met dat gezweef. Ik moet er toch niet aan denken: een school voor paranormale kinderen. Het lijkt wel Zuid-Afrika: discriminatie. Het zou voor mij vroeger een straf geweest zijn en dat zou het voor uw kind ook zijn. Ik ben als paragnost ook niet op een paranormale school geweest. Die bestaat volgens mij helemaal niet. Dan nog de vraag hoe u de leerkrachten kunt overtuigen dat Mark paranormaal begaafd is. Als hij dat is, moeten zij dat van hem merken en daar kunt u ze zeker nooit van overtuigen.

Antennedroom


Enige weken geleden droomde ik het volgende. Mijn man kwam het huis binnen en stond in de hal. Ik ging naar hem toe en zag dat hij een klein sleuteltje in zijn hand had met twee tandjes eraan. Dit sleuteltje ligt normaal in mijn auto en is van een radioantenne die we vroeger hadden. Om ons heen was een heel mooi, zacht licht. Het licht hing ook in onze kamer. Alles leek mooi. Hij zei: 'Misschien past dit sleuteltje ook wel bij je vader en moeder.' Hij had geprobeerd met ons hier thuis samen te leven, maar dat luk-te niet. Nu ging hij weg naar een andere vrouw die E.v.W. heette. Ik wist in mijn droom niet dat die naam niet klopte. Later ben ik er achter gekomen dat dit E.v.R. moest zijn, een vrouw die ik van het werk van mijn man ken. André, kun jij me uit de droom helpen? (Mw. A.B. uit R.)

Ik kan je niet adviseren wat je doen moet. Dat moet je zelf weten. Ik kan je wel uitleggen wat je droom betekent en misschien dat je daar je conclusies uit kunt trekken. De sleutel is het symbool voor een oplossing. Je moet alleen nog de goede zien te vinden zodat hij ook past op de goede antenne. De antenne staat voor contact. Maar, de auto waar hij op past, is de auto die jullie vroeger hadden. Vroeger was het nog goed. Vroeger stond de antenne van begrip nog op ontvangst. De zaak was in harmonie, in balans. Die antenne geeft ook aan dat je de band met vroeger nog steeds niet los hebt kunnen laten: het contact naar je ouders toe. Uit je droom concludeer ik dat je veel eerder over alle dingen die je dwarszaten met je man had moeten praten in plaats van met je familie. Want, met je familie ben je niet getrouwd en wel met je man. Daar moet je het mee doen. De conclusie is dan ook dat jezelf mede verantwoordelijk bent voor de verwarring die is ontstaan. Je had de antenne (het gevoel en de emoties die je samen moest delen) mee moeten nemen van je oude naar je nieuwe auto.

Geest en lichaam


Mijn man die nog nooit een droom onthouden heeft, heeft nu in korte tijd vijf dromen gehad. De eerste twee dromen waren hetzelfde. Hij kreeg ze toen wij in een enorme huwelijkscrisis zaten. Hij zag mij in een klooster in een blauw-grijze jurk met een nonnenkap op. Hij wilde naar mij toe, maar dat lukte niet, omdat die non onbereikbaar was. Ik keek hem alleen maar aan. Verder gebeurde er niets. Een paar weken later droomde hij dat hij mij in een prachtig veld vol bloemen zag lopen. Ik was in het wit gekleed en had een bloemenkrans in mijn haar. Ik keek naar hem en lachte. De laatste droom had hij vorige week. Hij zag ons samen in bed liggen. Hij keek naar ons. Aan het hoofdeinde van mijn slaapplaats zag hij een engel staan. Deze figuur in het wit stond heel stil en keek op mij neer. (Y.L.v.V. uit K.)

Deze dromen geven duidelijk een aantal symbolen die betrekking hebben op jullie relatie. De non is in dit geval het symbool voor het seksueel onbereikbare. Je kunt er alleen geestelijk mee omgaan, lichamelijk kun je er niets mee. Dit wijst duidelijk op seksuele problemen in jullie relatie. Jullie relatie was bij de eerste twee dromen op een dieptepunt. De afstand was erg groot. De derde droom geeft een herstel aan in jullie relatie. Dat veld met die bloemen geeft een bepaalde maagdelijkheid aan en vrij vertaald zou je dat kunnen interpreteren als een nieuw begin: het seksuele niet in de eerste plaats, maar in balans met het geestelijke. Er is weer een nieuwe lijn. Na een zwaar onweer is het zicht naar elkaar opgeklaard en is de weg vrij om weer van elkaar te leren houden. Dat zal je duidelijk zijn als je de laatste droom aanschouwt.

Jeruzalem


Ongeveer een maand geleden had ik een droom. Op een voor mij onbekende plek met alleen een boerderij in de directe omgeving stonden onverwachts een vrouw met lang, sluik zwart haar en een donkere man die ik me van vroeger herinner, voor me. Beiden waren in het zwart gekleed. 'Jij gaat naar Jeruzalem en moet daarom sterven,' zei de man. 'Dat moet dan maar,' zei ik en ging met de armen omhoog en de ogen gesloten voor hen staan. Ik zag nog dat de vrouw een pistool op me richtte en vervolgens wachtte ik het moment van doodgaan gelaten af. Toen dat niet kwam, opende ik mijn ogen weer en zag dat er van mij een kracht uitstraalde naar de vrouw die haar deed wankelen en in elkaar deed schrompelen. Toen richtte de man zijn pistool op mij waar vervolgens een slap straaltje water uitkwam. Hierna was het gebeuren voorbij en ik vervolgde mijn weg naar de boerderij. (Dhr. E.J. K. uit E.)

Het symbool Jeruzalem betekent in dit geval: wedergeboorte. Zoals Israël opnieuw herboren is op deze aarde, zo ben jij opnieuw herboren in ditzelfde leven. In tijd en ruimte heb je de kracht ontvangen om weerstand te bieden tegen een dreigende ondergang die je bijna zelf veroorzaakt had. Nog net op tijd hervond je de kracht om weerstand te bieden aan je eigen hartstocht en daardoor werd je geestelijk zo sterk dat men weer respect voor jou ging tonen. Het was niet meer nodig jou aan de kant te zetten, want de zwakkeling van weleer had zijn ridderlijk innerlijk herwonnen. Ik hoop dat je deze kruisvaarder altijd zult blijven, die op weg is naar de boerderij die je ook best wel het kleine landkasteeltje mag noemen en waar je een toekomst zult zoeken in harmonie met de natuur in je en om je heen. De kracht van Jeruzalem kent ook zijn verplichtingen. Vergeet dat niet. Je zult ook wat terug moeten geven van dat wat je gekregen hebt. Het delen van energie is de beste manier om ermee om te gaan. De natuur heeft je hard nodig. De maatschappelijke symbolen die je negatief beïnvloeden, o.a. het pistool en de man die met vroegere werkzaamheden te maken heeft, zijn nu verdwenen. Daar hoef je dus geen energie meer aan te verspillen. Zet je in voor hét behoud van wat ons lief is: de natuur.

Tweelingziel


Ik droomde dat een vrouw gestraft moest worden door haar twee kinderen te doden. Ik wist dat en wilde dit voor haar zo snel en pijnloos mogelijk doen. Het was een tweeling, twee prachtige kleine meisjes. Ik voelde dat, als ik het niet snel zou doen, het niet meer kon en dat de vrouw die ik niet zag en niet kende, op zou komen dagen. Ik drukte met alle kracht het keeltje dicht van het eerste meisje. Het was vreselijk. Ik huilde. Mijn zoon die mijn getob zag, hielp me en ik vroeg hem mij ook te helpen met het andere kind. Hij had meer kracht en kon het pijnlozer doen. Hij verweet me niet dat het gebeurde, maar was er ook niet blij mee. Hij hielp me uitsluitend om het hele gedoe zo snel mogelijk klaar te hebben en hij wist hoe moeilijk ik het ermee had. Ik werd ontdaan wakker, heb gehuild en vol afschuw naar mijn handen gekeken. (Mw. M.K. uit C.)

Uw droom slaat op uw zoon die u bij deze onverkwikkelijke zaak terzijde stond. Het heeft te maken met zijn toekomstige vrouwen hun groei naar elkaar toe. Er moet eerst iets sterven, wil er opnieuw iets geboren worden. Soms moet dit met harde hand. En dat zult u zeker ook doen tegen de tijd dat deze twee u nodig hebben. De strijd die de vrouw van uw zoon krijgt met het dochtertje dat daar in de toekomst geboren wordt, heeft te maken met een tweelingziel. Ze lijken zoveel op elkaar dat het enorm zal botsen. Als u ze tegen die tijd uitlegt waarom dat zo is, zullen ze elkaar veel beter begrijpen. Daarom was uw droom noodzakelijk. Die twee zijn in tijd en ruimte verbonden met elkaar als een ééneiige tweelingziel. Zij dragen zoveel liefde voor elkaar in zich dat zij dit in dit stoffelijk leven bijna niet kunnen 'handelen' en elkaar daardoor geestelijk dood kunnen maken, In feite is het zo dat u ze niet het leven ontneemt, maar het ze geeft door hun krachtig terzijde te staan. Wat is een mooier symbool dan deze in uw droom: ademen is leven. Dat heb je niet alleen stoffelijk nodig maar ook geestelijk. Door het ene te nemen, is het andere te geven en kan het andere geboren worden. Ik hoor over twaalf jaar wel hoe het afgelopen is.

Witte lelies


Ik had een droom die voor mijn gevoel uit drie gedeelten bestaat en waarover ik graag uitleg wil. In het eerste deel bevond ik mij in een huis waarin ik vroeger heb gewoond. Ik was in een kamer waar licht brandde. Het was geen gewoon licht dat van lampen afkomstig was. Het was iets anders. Ik probeerde van alles om dat licht uit te krijgen, maar dat lukte niet. Ik dacht tenslotte: misschien kunnen de mensen die hiervoor in dit huis gewoond hebben, mij wel zeggen hoe ik het licht uit moet krijgen. Ik zocht naar vervoer om naar die mensen toe te gaan en ik kende iemand die mij een fiets kon lenen. Toen ik daar heen wilde gaan, kwamen er mensen op mij af. Ze vertelden mij dat die persoon ziek was en dat ik er niet heen kon gaan. Ik had toen geen mogelijkheden meer om bij die mensen te komen die mij zouden kunnen vertellen hoe ik het licht uit moest doen. In het tweede deel was ik in de kamer naast de vorige kamer in hetzelfde huis. De ruimte was ontzettend bouwvallig en schemerig. Er zat een enorme spin in een web en er was een wezen dat voor mijn gevoel het kwade vertegenwoordigde. Ik was in die kamer met de aanvankelijke bedoeling hem op te knappen, maar toen ik daar stond en om me heen keek, verging me de animo. Ik dacht dat ik het niet zou kunnen. Opeens waren mijn jongste zus en haar vriend bij me. Ze zeiden tegen me: 'je kunt het wel,' en ze spoorden me aan om te beginnen. Toen begon er ineens door allerlei gaten en kieren in die ruimte licht binnen te komen. De spin sprong uit haar web op de grond om weg te rennen en ik vertrapte haar. Het slechte wezen dacht: ik moet hier weg en zocht een uitweg .Ik bedacht ondertussen hoe ik die ruimte dicht kon krijgen zonder gaten en kieren. Het laatste deel voerde mij op een pad dat aansloot bij de vorige ruimte. Aan weerszijden van het pad bevonden zich bouwvallige ruimtes die zo goed mogelijk waren opgeknapt. De mensen die er woonden, probeerden de ruimtes wat op te vrolijken door bloembakken buiten te zetten. Er zaten echter nog geen bloemen in, wel zaadjes. Er kwam een lief vrouwtje naar me toe die mij haar bloembakken liet zien. Ze wees me daarbij met name op witte lelies, maar ook die waren nog niet te zien. Toch zag ik de bloemen voor me en wist dat ze lekker roken. Toen werd ik wakker. (Mw. A.L.J.W. uit M.)

De droom kan dan wel uit drie delen bestaan, maar hoort toch bij één leven, jouw leven. Het is een verwerking van het verleden en geeft een aanduiding van de toekomst. Er brandt licht, een vreemd licht en je kunt het niet uitkrijgen. Er is geen knop te vinden waarmee dat zou kunnen. Nee, logisch, het is je eigen onderschatte innerlijke kracht die daar straalt. Er is niemand die je kan helpen, want degene van wie je de fiets moet lenen, is ziek en daar kun je niet naar toe voor hulp: daar waar je vroeger bescherming zocht, is de verleden tijd. Deze mensen hebben nu zelf hulp nodig en zijn dus onbereikbaar voor jou. Je hebt je al zo lang leeg en donker gevoeld en nu je eindelijk je eigen innerlijke licht te zien krijgt en tegelijkertijd ervaart dat je geestelijke mogelijkheden groter zijn dan je voor die tijd gedacht had, nu weet je je met dat licht geen raad. Het maakt alles veel groter dan voorheen, te groot voor dit moment. Maar wees er blij mee, want hoe meer geestelijk zicht je krijgt in je eigen leven en levenssituatie, des te beter zul je ermee leren omgaan en zul je de ruimte benutten die het licht je toelaat. Het tweede deel van je droom vloeit voort uit het eerste. Het licht, oftewel de geest, ziet nu eindelijk de hiaten die je in het verleden hebt laten ontstaan. Je hebt je eigen geestelijk huis tot een bouwvallig krot laten verworden. Vat eindelijk de moed op datgene wat mensen je aangedaan hebben, in het symbool van de spin, met kracht en inzicht uit je leven te bannen. Je droom toont je dat het je zal lukken en dat jouw inzicht zo groot zal worden dat er geen nare invloeden meer toegestaan worden die door de kieren en gaten van het leven tot je zouden kunnen komen. Een gewaarschuwd mens telt voor twee. Ga vaker op de impuls af: dit moet ik wel en dat moet ik niet. Het laatste deel van je droom lijkt me duidelijk. Op de bouwval van het verleden bouwt men nu dorpen en steden. Op de ruïnes van weleer kun je zaaien en oogsten. Het is nu nog maar een zaadje. Spring er voorzichtig mee om, maar eenmaal in bloei trotseert het weer en wind. Het vrouwtje dat je daarbij helpt, is een oude wijze vrouw die in jou huist en al sinds eeuwen met je meereist. Het is het vrouwtje dat alles al heeft ervaren en door de hardheid van het leven niet zelf hard is geworden, maar wijzer en met een overtuigend beoordelingsvermogen voor wat ze wel in haar hart sluit en wat niet. Al met al kun je stellen dat het een weg is die je voorzichtig moet bewandelen, maar een wijs mens zal vroeg of laat uit zijn cocon komen. Dat is de kosmische wet van de vlinder.

Doolhof - alleen


Ik droomde het volgende. Het is nacht. Ik loop door een doolhof van smalle grachten tussen hoge huizenmuren (het lijkt wel Venetië). Het zwarte koude water reikt tot aan mijn knieën. In mijn armen draag ik mijn man die ernstig ziek of dood is. Achter ons sluipt een schaduwfiguur die steeds duidelijker wordt. Hij is gekleed in een soort monnikspij met de kap over het hoofd getrokken, zodat zijn gezicht niet zichtbaar is. Ik realiseer me dat ik deze figuur moet aankijken, maar wil/durf dit aan-vankelijk niet. Hij komt steeds dichterbij en de spanning wordt steeds groter. Tenslotte draai ik me om en kijk de figuur, die dan met zijn rug tegen een muur staat, recht in het gezicht: een inwit gezicht. Op dat moment verdwijnen de nacht, de muren en het zwarte water. Mijn man is weer kerngezond en om ons heen is het licht. (Mw. D.F. uit M.)

Zorgen, altijd maar zorgen, op je tenen lopen, je uiterste best doen, denken dat je het allemaal alleen moet doen, voor iedereen klaar staan en niemand voor jou. Dat is een doolhof, niet? Het levenswater dat blauwen vrolijk behoort te zijn, is zwart geworden door de schaduw die de muur erover werpt en alle zon tegenhoudt. En je loopt door met je zieke man. Je denkt dat hij ziek is, maar het is slechts een symbool voor geestelijke afstand. Je was een beetje uit elkaar gegroeid. Maar was hij wel van jou verwijderd? Of jij van hem? Van elkaar afgegroeid door het nooit eens te uiten of niet te durven vragen wat je ook verwachtte van hem. Kan hij er dan wat aan doen? Of allebei? Dat laatste denk ik. Maar goed, praten gaat een stuk gemakkelijker als je je weer wat opgewekter voelt, nietwaar? En wie zou je daarbij kunnen helpen? Dat is duidelijk je geleidegeest. Wie is je geleidegeest? De monnik die achter je liep. Je dacht nog wel dat je alles alleen moest doen. Maar je hebt nu zelf gezien dat dat niet zo is en hij heeft je het nog laten voelen ook. Want op dat moment verdween de nacht, de muur en het zwarte water en je man was weer kerngezond en om jullie heen was het licht. Maak van dat licht gebruik om met elkaar in helderheid te komen. Dan zijn jullie nooit meer ALLEEN.

Twee brieven


In mijn droom ging mijn broer op vakantie met zijn vrienden. Ze moesten een lange reis maken en er werd nog een laatste stop in Nederland gemaakt. Daar ontmoette hij een vriend van mij die ik al drie jaar niet gezien had. Ze kenden elkaar niet, maar toen ze in gesprek raakten, werd al gauw duidelijk welke rol ik speelde. Mijn vriend gaf mijn broer twee brieven waarvan hij er één meteen aan mij stuurde. De andere brief vergat hij en gaf die pas na drie weken, toen hij terug was van vakantie. Hij zei dat het hem erg speet dat hij de brief vergeten had, want die had ik binnen twee weken moeten beantwoorden. Ik vond het raar dat mijn vriend mijn broer in vertrouwen had genomen en dat ik niet eens wist dat hij in Nederland was (hij woont namelijk in Amerika). Toch kwam mijn vriend nog even langs en hij gaf me een zwart horloge. Ik was er niet echt blij mee. 'Waarom zwart?', vroeg ik, 'is er iemand gestorven?'. Hij antwoordde bevestigend. 'Onze liefde is dood', zei hij. Ik hield en houd nog steeds erg veel van hem. Ik kon helemaal niets meer zeggen en begon te huilen. Als ik wel iets aardigs gezegd zou hebben, zou het horloge zijn verkleurd. Dat zag ik gebeuren bij een stel dat naast ons stond. Het enige dat ik me verder nog herinner is dat ik huilde en ook huilend wakker werd. (Ingrid J. uit H.)

Jouw broer gaat op vakantie. In dit geval is op vakantie gaan afstand van elkaar nemen en daardoor een objectievere mening kunnen vormen over jou en de situatie met je vriend. Ook al denkt hij er dagelijks misschien niet zo bewust aan, telepathisch zijn jullie toch met elkaar in contact en zijn jouw emoties en problemen ook de zijne. De eerste brief is het begrip dat jouw ex-vriend voor jou heeft en het gevoel dat hij voor jou heeft gehad en herbergt het verleden. Die krijg je wel op tijd ten teken dat het verleden in het heden niet meer functioneert en je er niet meer mee moet leven. De tweede brief komt te laat. Je had binnen twee weken moeten antwoorden. Maar wat je ook gedaan had als hij wel op tijd was geweest, op tijd was hij toch niet meer gekomen, want in tijd en ruimte was jouw liefde al voorbij. In dit geval is het heel belangrijk dat jouw broer je deze brief persoonlijk bracht. Hij is namelijk zelf de envelop met inhoud, de ziel van deze ervaring. Al is de liefde dood, de wond kan nog lang blijven en pijn doen. Hij is degene volgens jouw droom die door zijn objectieve kijk op jouw ex-vriend je tot steun kan zijn. Hij weet wat het is. Hij weet hoe het voelt en het samen iets delen is al de oplossing voor menig prob)eem. Dat zwarte horloge tenslotte lijkt mij duidelijk. Denk maar aan het blad van een boom zoals het er uitziet in het voorjaar, in de zomer, in de winter en dan het jaar erop weer voedingsbodem is voor nieuw leven. Nieuw leven en een nieuwe liefde.

Gore sneeuw


Ik droomde dat ik met mijn broer en zus halverwege een berg was, bedekt met sneeuw. Opeens was er een spoorlijn van boven van de berg naar beneden en reed er een zwarte, grote trein naar beneden vol met kolen. De kolen vielen in de sneeuwen deze werd langzaam grauw. Bovenop de berg stonden grote, zwarte bulldozers die de gore sneeuw in grote bergen naar ons toeschoven. Ik schreeuwde nog naar mijn broer en zus, maar die waren al verdwenen. Ik werd bedolven onder de gore sneeuwen werd heel angstig. Op het moment dat ik besefte dat dit het einde was, viel de angst van me af en ontstond er vanuit het midden van mijn lichaam een wervelwind. De wind was heel sterk en gaf mij het gevoel dat ik via mijn hoofd naar buiten werd gezogen. Toen ik het gevoel had dat dit ook inderdaad gebeurde, werd ik wakker. (Nelleke K. uit Z.)

Jouw droom is een waarschuwing. Witte sneeuw is het symbool voor het maagdelijke, het vernieuwende en het slecht bedekkende. De spoorlijn is het symbool voor de maatschappij. De locomotief en vooral een oude locomotief staat voor wat er in het verleden gespeeld heeft, vooral negatieve zaken. Je neemt het mee: onderlinge verwijten en ruzies die niet uitgepraat zijn. Als gezin ben je eerst als een heel mooi, wit sneeuwveld begonnen zonder problemen. Maar naarmate je ouder werd, kwam de verwijdering. Kolen en kolengruis vielen op de witte sneeuw. De hele berg die het verleden symboliseert, werd vies en grauw. Er zijn een paar grote bulldozers nodig om de boel Schoon te maken. De sneeuw wordt op jullie afgeschoven. Men zegt in feite: 'de rotzooi die je zelf gemaakt hebt, moet je ook maar zelf opruimen.' Er zal in familieverband een hevige strijd ontstaan. Er zal veel gepraat moeten worden en er zullen compromissen moeten worden gesloten. Dan pas zullen jullie samen de sneeuwberg aankunnen en ook op kunnen ruimen. Dat het jullie kan lukken, is zeker. Dat bewijst jouw visioen. P.S. Je hoeft ook niet altijd diplomatiek te zijn. Bijt maar eens rustig van je af. Dat werkt soms meer verhelderend dan alsmaar te slikken en erin te stikken.

Een stralende droom


Ik weet dat je overspoeld wordt met brieven, maar toch wil ik je vragen of je je licht zou kunnen laten schijnen over de volgende droom. Hij heeft me namelijk vanaf het moment dat ik wakker werd zo bezig gehouden dat ik me die dag ook op een overdreven manier blij, bijna jubelend voelde. Ik droomde dat ik met een vriend in een groot veld met allemaal witte bloemen stond. Mijn haar werd door de wind uit mijn gezicht geblazen. Het was heel aangenaam warm en heel licht, hoewel ik me niet herinner de zon te hebben gezien. We stonden op een soort hoog plateau, hand in hand. Toen ik naar de lucht keek, kwam er ineens beweging in de wolken waardoor een tafereel ontstond. Er kwam een wit, blinkend paard vanaf het hoofd tot ontwikkeling. Toen het compleet was, vormde zich daarachter de witte, stralende gedaante van een man in een soort open rijtuigje dat door het paard getrokken werd. Rechts naast hem stond een vrouw met lange, gouden haren. Alles was overweldigend wit, licht en stralend. Ze reden van rechts naar links en toen ik naar links keek, ontwikkelden zich daar nog veel meer gedaanten. Allen keken naar mij met vriendelijke, lachende blikken. Ze straalden veel liefde en goedheid uit. Ik voelde me er heel sterk mee verbonden net alsof ik bij ze hoorde. Ik wees naar wat ik zag en vroeg aan degene die bij me was: 'Zie je het nu, zie je het ook?'. Ik kreeg als antwoord een verbaasd: 'Ik zie het ook, ja!' Daarna viel ik ter plekke in een soort diepe slaap en droomde dat er een heel lange, brede trap naar beneden was waarop een oude, zieke vrouw een medicijn klaarmaakte dat ze vervolgens probeerde in te nemen. Na de eerste lepel trok ze een heel verwrongen, vies gezicht. Toen nam een man de lepel van haar over. Hij voerde haar verder, terwijl haar gezicht inmiddels meer en meer veranderde in dat van een baby. Toen werd ik op die trap gelegd en werd ik wakker in mijn eigen slaapkamer. (Anneke v.O. uit H.)

Jouw droom irriteert mij mateloos. Onder het lezen voel ik me heel boos worden, want 'waarom zie je dat nu zelf niet?' en 'wat loop je nu toch te zweven.' Een prachtige droom, maar wat heb je er aan als je de boodschap niet snapt en maar steeds weg wilt naar een sprookjeswereld zonder enige vorm van realiteit. Verlangen naar het hoogste geluk is niet haalbaar zonder daarbij de aardse opdrachten te accepteren. Je kunt niet gelukkig zijn alleen maar met liefde. Liefde is juist het mooiste na een harde strijd. En die strijd ga je uit de weg. Er zijn nu ook mensen naast je die het heel goed met je menen en van je houden. Maar je ziet het niet. Je denkt nog steeds: het moet nog mooier. Straks ben je oud en hulpbehoevend en dan pas zul je zien dat de man die naast je staat, altijd al de prins uit je dromen is geweest. Maar dat zie je pas als hij jou als een kind verzorgt. En dan is het te laat. Dan kun je niet meer genieten. Nee, je moet in het heden leven, nu 'zijn'. Dat geeft jouw droom aan. Degene die naast je staat, ziet het ook. Hij ziet dat je van hem wegzweeft, steeds verder, steeds hoger, steeds onrealistischer. Doe die ander geen verdriet en jezelf ook met. Kijk in het heden naar elkaar en geniet. Hij die nog komt, is degene die het paard voert en jijzelf de vrouw die naast hem zit. Dat zegt jouw droom. Hij waarschuwt je er niet naast te grijpen als het moment van het hoogste geluk het meest tastbaar en stoffelijk is. De droom geeft ook aan dat je in de toekomst te maken krijgt met werkzaamheden in de verzorgende sfeer. Ga er helemaal achter staan, dan zal je zien dat je taak en de liefde die je voor deze mensen gaat voelen, belangrijker en mooier is in wisselwerking naar elkaar dan welk visioen ook.

Vorige levens; een tree terug in het verleden